Het laatste stukje naar de driesprong en dan omhoog naarDarwin.

15 augustus 2018 - Howard Springs, Australië

Dinsdag 14 augustus.  Het laatste stukje naar de driesprong en omhoog naar Darwin.

Een lange tijd sinds onze vorige teksten maar we zitten een paar dagen extra bij Darwin voordat we verder gaan omdat mijn been nog niet helemaal wil wat ik er van verwachtte, maar daarover later meer.

Maar goed, voordat we verder gaan waar we gebleven waren, in Mount Isa, eerst nog even wat korte terugblikken op dingen die ik nog niet met jullie gedeeld had maar waar ik pas later weer aan terug dacht.

Het was onderweg ergens op de terugweg tussen Bramwell Road House en Moreton Telegraph station, zo’n beetje rond de 18e juli. We klommen al schuddend en rammelend een heuvel op toen plots vanuit het niets vanaf rechts en op ongeveer 200 meter voor ons, een enorme zwarte stier de weg op liep. Een prachtig en fors, echt donker zwart dier met een opvallend sterke en gespierde uitstraling. Midden op de weg stopte hij, draaide zijn kop met de wijd uitstaande horens onze kant op en keek ons recht aan met zijn fier opgeheven kop. We kregen op dat moment een ogenblik van twijfel of we zouden moeten stoppen of door konden rijden. Hij stond daar heel brutaal alsof hij vroeg; Wat moeten jullie hier in mijn gebied. Erg zelfverzekerd en brutaal en een enorme kracht uitstralend. Maar gelukkig voor ons stapte hij statig van de weg af de bossen weer in. Toen we daar voorbij reden was hij al nergens meer te zien. Dit dier maakte een enorme indruk op ons en het vertellen over zijn verschijnen heeft al menige leuke herinnering opgeleverd met anderen.

Onderweg kwamen we op meerdere plaatsen kadavers tegen van doodgereden kangoeroes, roofvogels en zwijnen zoals we al eens eerder vertelden. Maar daarbij en daarop zaten altijd die grote kraaien als aaseters. En hoe verser het kadaver - wat je goed kon zien aan de kleur van het bloed eromheen – hoe groter de groep kraaien. Soms waren daar ook de zo genoemde Wedge-Tailed Eagles bij. Echt grote arenden met een donkerbruin verenkleed op de rug en met een lichtbruine onderbuik en onderstaart veren. Die waren bijna net zo brutaal of zelfverzekerd als de stier die ik eerder noemde. De meesten vlogen al weg wanneer we tot op een afstand van zo’n honderd meter genaderd waren. Anderen bleven tot op het allerlaatste moment zitten of bleven echt al die tijd zitten en keken je dan met hun scherpe bijna wite tot gelige ogen recht aan wanneer je voorbij kwam. Alleen het verschil tussen de kraaien en deze Eagles was dat de kraaien met een snelle vleugelslag opstegen en dan maakten dat ze een eind uit de buurt kwamen. Maar de Eagles hebben een trage maar grote vleugelslag en komen maar net op tijd los van de grond om dan met een korte bocht net op tijd voor de auto weg te kunnen komen. Soms wel erg spannend zo dichtbij als ze soms waren toen we passeerden.

Dan de plaatsen. De meeste kleinere plaatsen leven hier van het vakantie seizoen. Een groot aantal leegstaande winkels en verwaarloosde “hotels” en huizen vormen het toonbeeld van verval. Jammer maar zonder industrie is hier op de meeste plaatsen in de outback geen dagelijks bestaan mogelijk zonder toerisme. Voor ons een jammerlijke aanblik maar ik denk voor de mensen die hier wonen niets anders dan de dagelijkse realiteit.

Zo wordt Mount Isa in het boek van Dominicus over Australië beschreven als;

 “Het voorbeeld van een troosteloos stadje in dit deel van de wereld”.

Onze ervaring is dat anders is. Het is een levendige stad met 32.500 eigen inwoners en in deze tijd van het jaar druk met erg veel bezoekende vakantiegangers. De hoofd industrie is de winning van ijzererts. Vandaar dat we onderweg ook meermaals grote Road Trains tegenkwamen met een enkele oplegger en daarachter nog eens 3 aanhangwagens, allen met grote stalen kiepbakken die gevuld waren met het rode erts. Wagens met een lengte tot wel 55,5 meter. Bij het passeren ga je dan ook voor je eigen veiligheid helemaal aan de kant van de weg rijden om geen last te hebben van de zucht van die wagens wanneer ze voorbij komen. Er is een uitgestrekt woongebied en industrieterrein met alle aan de winning van ijzererts verbonden vakgebieden. Van garages voor reparaties aan voertuigen, banden en accu’s tot staalverwerking, werkplaatsen voor graafmachines en herstel van pompen en ander groot materieel. Verder zijn er twee grote supermarkten van Coles en Woolworth, een groot stadhuis met een bibliotheek waar menige plaats in Nederland een puntje aan kan zuigen. Een eigen ziekenhuis en een tehuis voor ouderenzorg etc. Daarnaast kampeerwinkels, elektronica zaken, merk gebonden autogarages met de laatste nieuwe modellen, meestal Toyota en dan off-road in 6 of 8 cilinder modellen. Het rijden met dergelijke zware auto’s is hier kennelijk goedkoper in de wegenbelasting dan bij ons. Een voordeel voor de gepensioneerden hier is het feit dat zij voor een enkele auto of een enkele caravan die zij op naam hebben staan geen wegenbelasting hoeven te betalen.

Misschien een idee om de ouderen bij ons op die manier – door de aanschaf van grotere auto’s – de economie gedeeltelijk extra kunnen stimuleren. !!!!????

Het mooie aan de meeste van de bibliotheken in Australië is dat het gebruik van Internet computers hier gratis is en door de stad betaald wordt. Daar heb je de zuinigheid van ons Nederlanders weer.

Maar als voorbeeld. In Mount Isa was de bibliotheek twee verdiepingen hoog, met een enorm scala aan boeken in heel veel genres, een deel met honderden dvd’s, ook in allerlei genres, een grote speelhoek voor de kleintjes, een koffiebar waar je voor een habbekrats een kopje koffie of thee kon kopen, grote zithoeken met comfortabele banken waar je rustig kunt gaan zitten lezen en 23 computers aan banken langs de muren waar je ongestoord je dingen op internet kunt doen. Sommige jongeren houden ze daarmee van de straat omdat die dan een uurtje spellen kunnen spelen of met elkaar op de grote banken kunnen chillen terwijl ze met hun telefoon gebruik maken van free WiFi.

Je moet je voor het gebruik van een pc aan de balie aanmelden en dan krijg je een kaartje met een inlognaam en nummer als wachtwoord. Na het inloggen kun je dan ongestoord een uur van zo’n computer gebruik maken. Verzekerd van een veilige verbinding waarbij na het afsluiten alle sites en links die je gebruikt hebt voor het behoud van jouw privacy verwijderd worden. En wanneer niemand zit te wachten op een vrijkomende computer en je bent nog niet helemaal klaar, dan kun je vragen om een extra uur wat je dan ook vaak toegewezen wordt. Dat was ideaal voor ons om de teksten en foto’s op ons reisblog te plaatsen, om te internet bankieren en om onze mails bij te lezen. Hoewel we dat bijlezen de laatste de laatste tijd ook via de telefoon doen. Wanneer we tenminste verbinding hebben met onze telefoon provider My Optus. Net als Telstra vertellen ze je bij aanschaf dat ze dekking bieden over heel Australië maar dat valt, begrijpelijkerwijs, soms best tegen. Meestal heb je bij de kleinere stadjes en bij de road houses wel bereik en kun je bellen of internet gebruiken. Maar ja wat wil je in streken waar je vaak 200 kilometer niemandsland afwisselt met een road House met tankstation en een kleine winkel.

Dan nog even iets meer over de droogte hier, ter aanvulling op de reactie van Guus.

Het is in Zuid-Australië en New South Wales al bijna zeven jaren droog, letterlijk zonder regen en met temperaturen tussen de 30 en 47 graden. Gort en gortdroog daardoor. Vee dat afziet vanwege het tekort aan water en gras, boeren die afzien omdat ze hun bedrijf maar net of nauwelijks draaiende kunnen houden. En die nu inderdaad, zoals in het artikel dat Guus noemt gezegd wordt, eindelijk een beetje geholpen worden door de overheid met subsidies om hooi te kunnen aanschaffen. Dat moet vanuit Noord Australië aangevoerd worden en heeft dan prijzen die tot wel 3 keer zo hoog zijn als in normale tijden. En daar komen dan de transportkosten ook nog bij.

Het tegenovergestelde is het winterweer van nu. Waar wij zitten hebben we temperaturen overdag tussen de 22 en 29 graden, hoewel het richting Darwin gaat oplopen tot 34 graden. En ’s-Nachts dalend van 1 tot 16 graden.

Eerder tijdens onze reis naar de Cape kregen onze kennissen vanuit Sydney nog het bericht dat het daar ’s-Nachts 4 graden gevroren had en dat bij de Snowy mountains de temperatuur tot -11 graden gezakt was. Eergisteren via het nieuws via andere campinggasten ook het bericht doorgekregen dat er, voor het eerst sinds meer dan een eeuw, in Perth, in het Zuidwesten van Australië, sneeuwvlokken gevallen waren. Hoe vreemd kan het met het weer gaan.

Dan iets dat bij ons – tenminste volgens mij - niet zo bekend is uit de geschiedenis van Australië en dat ik toch ook aan jullie wil meegeven. En ik zal niet volledig kunnen zijn maar deel met jullie wat ik hier gezien en gehoord heb.

Herinneringstekenen over gebeurtenissen uit de 2e Wereldoorlog tref je hier overal aan. Iedere plaats, zelfs het kleinste heeft wel een War-memorial of zoals bij ons genoemd wordt oorlogsmonument. Een gedenkplaats waar ieder jaar op 25 april ANZAC Day gehouden wordt. ANZAC staat voor Het Australian New Zealand Army Corps.

Tijdens een eerder bezoek aan Australië waren wij, in het War Memorial in Canberra, al overdonderd door de hoeveelheid oorlogen waaraan Australische soldaten hun steun gegeven hadden en waar zoveel jonge Australiërs gesneuveld waren.

Toen wij tijdens het eerste deel van onze vakantie in Noordoost Australië waren hadden wij ook langs de doorgaande wegen al veel verwijzingen zien staan naar zogenoemde historic sites. Allemaal plaatsen waar lokale gebeurtenissen ui de tweede Wereldoorlog herinnerd worden. Ook veel verwijzingen naar oude en huidige luchtmacht legerplaatsen. Zo zagen we die ook overal onderweg toen we richting Darwin aan het reizen waren.

Dan begint een stukje voor mij onbekende geschiedenis tot leven te komen.

Het Australische legerkorps dat aan het begin van te tweede Wereldoorlog in Noord Afrika gelegerd was en onder commando stond van generaal Mc Arthur bestond voornamelijk uit jongeren die zich vrijwillig voor het leger aangemeld hadden. Maar toen zij daar hoorden dat de Japanners doende waren om in Noordoost Australië voet aan land te krijgen om daarlangs Australië in te nemen, zijn die legerkorpsen massaal weggegaan uit Noord Afrika omdat het verdedigen van hun eigen land voor hen veel belangrijker was.

Aan de noordoost punt van het land bij Cape York hebben de lucht- en landmacht de Japanners toen, mede door het voor de Japanners niet te passeren Great Barrier Reef weg kunnen houden van het Australische vasteland. Ook de Filipijnen zijn daardoor toen niet onder Japans gezag gekomen. Daarna zijn de Japanners op 19 februari 1942 begonnen aan 64 Air-raids of luchtaanvallen op Darwin waarbij de hele stad vernield werd. Maar in die tijd kwamen vanuit heel Australië vrijwilligers naar het noorden en werden heel veel luchtmachtbases opgezet die er heden ten dage nog zijn. Dit omdat er in Australië vanuit gegaan wordt dat een dreiging alleen vanuit het noorden komt omdat in het zuiden alleen de Antarctic ligt zonder bewoners.

In die jaren van oorlog met de Japanners is het hen nooit gelukt om vaste voet aan land te krijgen maar zijn er ook hier in Australië erg veel soldaten en burgers gesneuveld. Vandaar dat er hier en in het Noordoosten zoveel plaatsen in ere gehouden worden om die gevallenen en de ellende van een oorlog niet te vergeten.

De mensheid heeft een slecht lerend vermogen wat dat betreft. Kijk maar naar de oorlogen die nu nog overal op deze aardkloot aan de gang zijn. Een trieste constatering eigenlijk.

Maar goed. Verder met onze dagelijkse ervaringen. Waar was ik ook al weer gebleven. O ja, in Mount Isa.

We hebben daar op een camping gestaan die op de plaatjes een oase moest voorstellen met palmbomen, een prachtig zwembad en ruime plaatsen om te staan, die gescheiden werden door palmbomen. Nou dat viel flink tegen. Een zwembad jawel, maar steenkoud. Te koud om in te zwemmen in elk geval. Palmbomen jawel, een paar bij de ingang en het kantoortje. Verderop op het park geen eentje gezien. En de caravans stonden schouder aan schouder met nagenoeg geen enkele privacy. Maar goed we hebben het daar twee dagen uitgehouden omdat we toch wel even aan extra rust toe waren.

Vrijdag 3 augustus.

Onderweg naar  Camooweal ’s-Morgens in Mount Isa de auto volgetankt, de koelkast gevuld en nog enkele andere boodschappen gedaan.

Voor de liefhebbers van cijfers. Voor de diesel betaal je hier vanaf $ 1.49 tot $ 2,05 per liter. De laatste prijs is dan wel in de meest afgelegen uithoeken, vanwege de hogere transportkosten. In de grotere plaatsen is hij meestal tussen de $ 1,56 en $ 1,65. Voor de Euro 91 benzine, waar wij met onze kleine camper nu op rijden is die prijs nagenoeg overal gelijk aan die van diesel.

Naar Nederlandse maatstaven dus nog redelijk goedkoop. Een $ is ongeveer € 0,66 tot € 0,67.

Dus zeg maar tussen de € 1,00 en € 1,35 per liter. Valt dus nogal mee. Maar wanneer je hier nagenoeg elke dag moet tanken loopt het toch erg snel in de papieren. Maar ook dat wisten we van tevoren en hadden we rekening mee gehouden.

Onderweg naar Camooweal  veranderde het landschap weer sterk. Van heuvelachtig met veel groene bomen en struiken tot uitgestrekte kale vlaktes met alleen grijsgeel gras en enkele verdwaalde bomen. Net voor Camooweal zagen we weer vanuit de verte al de bekende stroken met bomen en struiken aan de plaatsen waar de kreken normaal vol water staan. De bomen wortelen hier kennelijk diep genoeg om voldoende leven te kunnen behouden.

In Camooweal hebben we een free stay opgezocht aan een lagoon die er nu echt niet mooi uitzag. Laagstaand modderig water met tot wel vijf meter breed vertrapte kanten van hard geworden modder. Door de vele wilde zwijnen en het vee waren die kanten en ook de lelies in het water nagenoeg volledig vernield. Het zag er jammer genoeg niet echt mooi meer uit, terwijl dit volgens onze kennissen, die hier 4 jaar geleden ook waren, een prachtige groene lagoon was met helder blauw water en een groen tapijt van leliebladeren met honderden witte en roze lelies.

Wat dan wel weer bijzonder was, dat waren de kraanvogels. Jawel kraanvogels met hun statige tred, prachtige grijze verenkleed en rode kap op de kop. Daar hebben we enkele leuke foto’s van kunnen nemen. Zowel tijdens het lopen als bij het wegvliegen en bij het landen. Een prachtig gezicht, vooral dat landen.

In de avond bij een glaasje wijn genoten van de naar voedsel zoekende kraanvogels en de ondergaande zon. En goed geslapen ook.

Zaterdag 4 augustus.

We zijn om 9 uur vertrokken naar Barkly’s Homestead om daar te overnachten voordat we de laatste stap naar het midden gaan maken naar Tree Ways waar we bij Tennant Creek gaan overnachten. Net buiten Camooweal gingen we vanuit Queensland het Northern Territory in.

Barkly’s Homestead is een camping waar wat meer en uitgebreider aandacht gegeven wordt aan de bezoekers. Enkele cabins voor de roadworkers die hier enkele dagen verblijven en in de omgeving (tot wel 200 km verder) aan de weg werken. Veel schaduwrijke ruime plaatsen met stroomaansluiting en drinkbaar water uit de kraan. Op sommige campings heb je ook wel een waterkraan bij je site maar daar heb je dan “bore” water of “not drinkable” water. Dat wordt bij het binnenkomen op de campings dan ook wel duidelijk aangegeven. Bore water is drinkbaar grondwater met een meer of minder sterke grondsmaak dat je het beste toch wel kunt koken voor gebruik. Dan is die grondsmaak in elk geval een stuk minder.

Naast de benzine en dieselpomp was hier een koffiebar waar je ook stukken gebak, broodjes, muffins etc. kon kopen. Daarnaast een goed uitgeruste keuken waar warme maaltijden geserveerd werden in een goed ingerichte kantine waar voldoende plaats was aan tafeltjes met banken of stoelen voor zeker 100 mensen. En in de avond live muziek door een gitaar en mondharmonica speler met nummers in de trant van Johnny Cash.

En wederom na afloop een glaasje wijn (vervelend wordt dat nooit) en een goede nachtrust.

Zondag 5 augustus.

We hoeven de wekker niet meer te zetten want we zijn voortaan elke morgen net iets voor 7 uur vanzelf wakker geworden. Een ontbijtje met muesli en een kop thee en we kunnen aan een nieuwe dag beginnen.

Vandaag rijden we naar Tennant Creek. Een klein plaatsje op 25 km ten zuiden van de aansluiting van de Barkly Highway en de Stuart Highway. Barkly Highway is de weg die vanaf de Oostkust bij Townsville in Westelijke richting tot nagenoeg het midden van het continent gaat en Stuart Highway is de weg die vanaf Darwin door centraal Australië naar Adelaide gaat. We hebben nu vanaf Charters Towers aan de Oostkust tot aan Tennant Creek 1430 km afgelegd. Een heel eind om in het midden van Australië terecht te kunnen komen.

In Tennant Creek eerst volgetankt en een camping opgezocht voor een nacht. Het is hier, ondanks de 30 graden, met de sterke bries lekker koel en goed te hebben. Een kort bezoek gebracht aan het informatie centrum waarvandaan ook tours georganiseerd worden naar een van de oude maar al langere tijd buiten gebruik geraakte goudmijnen. Veel snuisterijen en toeristen dingetjes, Aboriginal gebruiksvoorwerpen en kunst plus in folders veel informatie over plaatsen in alle windstreken. Voor het overige is alles hier op zondag gesloten met uitzondering van de lokale supermarkt IGA en een enkele eetgelegenheid zoals de Red Rooster, een soort Kentucky Fried Chicken naast de benzinepomp aan het begin van het dorp.

Een rustige middag gehouden, wat gelezen en teksten bijgewerkt.

Maandag 6 augustus.

We gaan vandaag vertrekken vandaag vanuit Tennant Creek naar het noorden, via Katherine en Pine Creek richting Darwin. Dat zal, zoals we het nu inschatten, in 4 of 5 etappes gaan want dat is bij elkaar toch weer een kleine 1000 kilometer.

Maar voordat het zover was beleefden we ons volgende avontuur. Meer een stommiteit van ons zelf trouwens.

We lopen elke morgen vanuit onze camper naar het toiletgebouw met de doucheruimtes. Zo ook deze morgen. We gaan dan via de achterklep de camper uit, doen die zachtjes dicht en zo dat hij net niet in het slot valt.

Bij terugkomst, allebei in onze pyjama en in de koude ochtendwind van zo’n 14 graden, konden we de camper niet meer in. De achterklep was net in het slot gevallen en de sleutels en alle andere dingen lagen binnen. Daar stonden we dan te kijken om 06.45 uur ’s-Morgens. Gelukkig dat we samen met Sieb en Rian op stap zijn zodat we die wakker konden maken en we al vrij snel telefonisch contact konden leggen met de helpdesk van Apollo. Zij regelden een hulpdienst die ongeveer 1 ½ uur later de voordeur open kreeg waarna we de camper weer in konden. Een ervaring die we niet snel zullen vergeten en waardoor we nu iedere morgen het sleutelbosje meenemen richting toiletgebouw.

Onderweg valt het al snel op dat we nagenoeg geen wildlife meer zien. Geen kadavers op de weg. Toch rijden hier ook ’s-Nachts Road Trains met vee en vooral veel met 4 aanhangwagens met diesel en benzine. Vooral in de morgen zie je de meeste verse kadavers van dieren die ’s-Nachts door de voorbij komende Road Trains aangereden worden. Hier vooral een enkel kadaver van een dode koe. Het lijkt er op dat in dit gebied of heel weinig kangoeroes zitten of dat ze zich ’s-Nachts schuil houden.  Ook zijn er maar weinig vogels te zien. We hebben onderweg maar een keer een groepje Rose’s gezien. Het is hier in de loop van de ochtend kennelijk al snel veel te warm voor de vogels.

In Tennant Creek troffen we de chauffeur van zo’n Road Train met aanhangers met grote benzinetanks. Hij vertelde ons dat hij 140.000 liter benzine bij zich had die allemaal op die plaats in de tanks in de grond gingen. En dat hij dan weer 1000 km terugreed naar Darwin, zijn tanks weer vollaadde en dan weer terugreed. Elke drie dagen 140.000 liter alleen al voor die pomp. Dat is een hoeveelheid waarmee je elke keer een zwembadje van 20 bij 5 meter en een gemiddelde diepte van 1,40 meter mee kunt vullen. En die vrachten, tientallen, kwamen we overdag onderweg heel vaak tegen, komende vanuit de richting Darwin naar het zuiden rijdend over de Stuwart Highway. Dat is trouwens de enige weg vanuit Darwin in de richting van Alice Springs in het midden van Australië.

Ook nu zien we onderweg weer een heel wisselend landschap. Het grootste deel van de route zien we aan beide zijden van de weg lage, ongeveer 3 meter hoge struiken en kleinere bomen. Terwijl we op andere stukken het gevoel hebben dat we door een bosgebied rijden met lage bomen.

Langs de weg zie je ook dat op veel plaatsen tussen de weg en de afrastering het gras verbrand is. En dus ook de bomen en struiken. Dat wordt hier met opzet gedaan om een brede brandveilige strook te hebben om bij een bosbrand overslag van de ene kant van de weg naar de andere kant te voorkomen. Preventief afbranden heet dat.

Maar dan zie je aan de stroken die al langere tijd terug afgebrand zijn, dat de struiken en bomen allemaal van een soort eucalyptus zijn, want de stammen zijn aan de buitenzijde verbrand maar op de zwarte bomen en takken komt het groene blad al snel, binnen een half jaar tot een jaar, weer tevoorschijn. Ook zie je dan vaak al weer de eerste groene sprieten nieuw gras hun kopje boven de grond steken. Verbazend dat de natuur zich hier zo snel herstelt. Als ik dan denk aan Nederland dan zie ik daar ook weleens verbrandde stukken bos maar die blijven jaren lang erg kaal.

Ongeveer 25 km boven Elliot, hebben we rond 2 uur de caravan en de camper geparkeerd in de schaduw onder een paar bomen op een Free stay rustplaats, New Castle waters, pal langs de doorgaande weg. Op die vrije kampeerplaatsen staat dan een groot watervat dat dagelijks bijgevuld wordt en waar je dan water kunt pakken om je te wassen of om de afwas mee te doen. Hier waren ook twee openbare toiletten. Maar daar ging je nog niet naar binnen al was de spanning in het lijf nog zo hoog. Wanneer je de deur opende viel je bijna achterover van de stank. Dat bleken zogenoemde open dropholes te zijn. Een wc-pot met een open verbinding naar de put eronder.

Op sommige plaatsen tref je bij die free-stays of in Nationale parken dat soort openbare toiletten ook aan maar dan zit er een afsluiter of klep onder in de pot met daarnaast een voetpomp waarmee je het toilet kunt doorspoelen en waarbij dan de klep de stank afsluit. Maar dat was hier dus niet het geval. Dus ons eigen provisorische toiletje maar opgezet in de camper. Een opvouwbaar zitje van buizen met een toiletbrilletje erop en een plastic zakje eronder dat je ’s-Morgens leeg maakt en weggooit. Wel zo makkelijk en niet zo omslachtig als een porta potti die toch veel ruimte vraagt in zo’n kleine camper.

Al snel bleek dat we daar maar net op tijd ons kamp hadden opgezet want tegen 4 uur stond de parkeerplaats helemaal vol met Campers en caravans.

En we hebben ook daar goed geslapen, ondanks de soms passerende Road Trains.

Dinsdag 7 en woensdag 8 augustus.

Vanuit de free stay onze weg vervolgd richting Mataranka Homestead waar hot water pools zijn die we graag willen zien en voelen en waar we twee dagen gaan blijven.

Onderweg een bakje gedaan bij Daly Waters historic place. Een kilometer of 5 vanaf de doorgaande weg de bush in staat een oud café dat in 1938 is opgericht voor de soldaten die vlak bij op een luchtmachtbasis gehuisvest werden.

Echt een oud café dat binnen volhangt met oude T-shirts, onderbroeken, bh’s en allerlei stickers, briefgeld van over de hele wereld en emblemen van allerlei lucht en landmacht onderdelen en politie van over de hele wereld. Een bonte verzameling van allerlei meer of minder ludieke zaken. En lekkere koffie. Buiten stonden twee restanten van oude legerhelikopters en wegenbouwmachines die echt hun beste tijd gehad hebben en niet meer gebruikt (kunnen) worden. Een quad die meer weg had van een scootmobiel met aan de voorzijde twee grote horens en de tekst Daly Waters Highway Patrol en aan de achterzijde de bordjes Wide Load zoals je die ook ziet op grote transporten die je onderweg weleens tegen komt.

En bij vertrek heel veel zwarte kaketoes. Groepjes van enkele tientallen vogels. In de vlucht leken het twee verschillende soorten te zijn. Geelstaart en roodstaart kaketoes maar zeker heb ik dat niet kunnen krijgen ondanks de filmopnamen. Maar die waren dan ook noodgedwongen tegen de zon in genomen dus niet echt duidelijk.

Onderweg dachten we op een afstand dat we een aantal wilde paarden langs de weg zagen. Maar toen we dichterbij kwamen zagen we dat het ezels waren. Geen stomme mensen maar van die dieren die op paarden lijken. Grijsachtig bruin met van die lange oren. En iets verder zagen we uiteraard dat er ook hiervan eentje toch te laat geweest was en die lag dan ook als kadaver langs de weg.

Het was weer warm, zo’n 32 graden en we waren blij toe dat we op de camping in Mataranka  een plekje konden vinden waar al schaduw was en ook de volgende dag. En dan ook met ’s-Morgens een beetje direct zonlicht om in de ochtend op te warmen.

In de middag in zwembroek naar de hotpools gegaan. Een stuk van de doorgaande rivier die ontsprong uit een warmwater bron die – volgens de vermeldingen – 300.000 liter warm water per minuut naar de oppervlakte bracht. En de pools waren wat aangepast met stalen wanden en kleine terrasjes waar je op kon gaan zitten. Heerlijk om te zwemmen in glashelder water van zo’n 30 tot 35 graden. En het was er behoorlijk druk met camping gasten, ook vanuit twee campings in de buurt, maar ook met dagjesmensen die, zelfs vanuit Darwin, hier voor een uitje naartoe waren gekomen.

En toen zijn we ‘s-middags gaan bellen. Het lopen gaat me nog steeds niet goed af en ik wilde naar aan fysio therapeut om advies te vragen wat ik het beste kon gaan doen om mijn lopen te verbeteren. In Katherine kon ik op donderdag om 6 uur terecht dus meteen maar afgesproken.

Rond half zes naar de kampkeuken gegaan. Hier is dat een soort restaurant met voldoende plaatsen voor veel gasten en een podium voor artiesten. Een lekkere maaltijd genoten van plakken rundvlees met dikke jus, gebakken zoete aardappel, groenten en applesaus. Dat laatste is net zoals bij ons de appelmoes maar dan veel dunner. Vandaar de benaming saus.  

Na de maaltijd werd het podium bezet door een bandje van een oudere country en rock zanger met een drummer en een gitaarspeler. Zij speelden veel oude bekende liedjes, Australische oldy’s maar ook nummers van Frank Sinatra, Elvis Presley en reggea nummers. Een gezellige avond.

Aan her einde kwam de wereldkampioen whiplash speler aan bod. Hij noemde zich op zijn affiches tenminste zo en had een show met verschillende soorten zwepen die hij in paren gebruikte. Abnormaal wat die man daarmee kon doen. Hij imiteerde met die zwepen het geluid van een stoomtrein, een muzieknummer, haalde kunsten uit waarbij je je afvroeg hoe het kon dat hij zichzelf niet raakte. Een show die hij afsloot met fluorescerende zwepen bij stroboscoop licht waardoor de volledige beweging van die zwepen zichtbaar werd. En na afloop nog een stukje met zwepen die in een soort olie gedoopt waren en die hij al brandend gebuikte.

Leuk om te zien en knap wat hij daar allemaal mee kon doen.   

De woensdag daarop  al luierend doorgebracht met nog een keertje dompelen in de hot pools.

Donderdag 9 en vrijdag 10 augustus.

Vanuit Mataranka Homestead richting Katherine gereden. Vandaag een kort ritje van zo’n 100 km dus rustig aan gedaan.

In Katherine op de camping een beetje gezwommen, gelezen, zeg maar gerust een luie middag genomen en vroeg gegeten in afwachting van het consult bij de fysio.

Om zes uur bij de fysio. Een jonge kundige vakman die ons toch even liet schrikken en een koude douche bezorgde.

Hij wist ons al snel duidelijk te maken dat ik al die tijd erg goed weg gekomen was. Mijn achillespees blijkt dus wel degelijk gescheurd te zijn. Hoe ernstig het is kon hij niet vaststellen. Daarom heeft hij voor dinsdag in Darwin een afspraak gemaakt voor een scan of echo of, zoals het hier genoemd wordt, een ultrasound scan van de achillespees. En heeft hij mij meteen een harde kunststof laars aangedaan om mijn enkel te fixeren.

Zaterdag 11 augustus.

We zijn net na de middag aangekomen in Howard Springs, een klein plaatsje ongeveer 25 km ten zuidoosten van Darwin. Na wat gesteggel met de eigenaren aan de balie hebben we de eerst toegewezen plaats, die de hele dag volop in de zon lag, een shady spot gekregen. De temperatuur was de laatste dagen ’s-Morgens rond 7 uur tussen de 12 en 16 graden maar overdag liep dat op van 29 tot, zoals vandaag, 34 graden. Toch wel erg warm wanneer je dan de hele dag met ons campertje zonder airco in de zon moet staan.

Zondag 12 augustus.

Kort na de middag naar Darwin City gereden en de binnenstad bekeken. Herinneringen opgehaald aan de start van de Solar Challenge in 2013 waar we toen bij waren. Een mooie moderne stad waar vooral in het centrum nog veel herinneringen up to date gehouden worden aan de bombardementen uit 1942.

Tussendoor een lekker pintje genomen op een leuk terrasje met live muziek en daarna een korte wandeling gemaakt door het stadspark waar mensen bezig waren om een muziekfestival op te bouwen. Tegen 5 uur de Mindil market opgezocht. Een lange rij stalletjes met eet- en souvenir tentjes, shirtjes en andere kledingstukken. Zeker een kilometer lang en ontzettend druk. Maar dat had nog een andere reden. Aan het einde van de dag gaan al die mensen naar het strand langs die markt om de zonsondergang te bewonderen en te fotograferen.  Een mooie plek omdat er net buiten de stad in zee een soort ringdijk ligt die net bij dat strand een brede doorgang naar zee heeft en daardoor een mooie afbakening is voor foto’s.

Wij hebben al heel veel mooie zonsondergangen gezien en ook op erg mooie plekken dus deze hebben we aan ons voorbij laten gaan en we zijn lekker uitgebreid uit eten gegaan in de stad.

’s-Avonds nog even geskyped met ons Chantal, Hans en Loek en Kuun. Doet goed om die toch ook weer even gezien en gesproken te hebben. En om die guitige grapjassen weer even bezig gezien te hebben.

Maandag 13 augustus.

In de loop van de dag in een nieuw winkelcentrum bij Howard Springs boodschappen gedaan. Bij de Mac een bakske gedaan en ons Riki is daar naar de kapper geweest.

Dinsdag 14 en woensdag 15 augustus.

’s-Middags bij het medisch centrum geweest voor een scan. Vandaaruit naar het ziekenhuis omdat er een bloedpropje in mijn slechte been gezien werd. Daarvoor medicijnen gekregen en op woensdagmiddag een hiel- verhoger in mijn  laars en krukken. 6 weken rustig aan doen, ons Riki autorijden en dan gaat het weer helemaal goed komen. Dus wij gaan met goede moed de rest van onze vakantie tegemoet.

Vanaf donderdag beginnen we dan aan de lange weg naar Adelaide, zo’n 3000 kilometer naar het zuiden, langs Alice Springs en via Cooper Peddy naar Port Augusta.

Maar dat stuk bewaren we weer voor de volgende keer.

Foto’s

7 Reacties

  1. Marie-Louise:
    15 augustus 2018
    Zo.....weer een schat aan geschiedenis en cultuur erbij. Wat een reis...geweldig
    Maar Miel....uitkijken.met je pootje hè ge moet er nog langer mee doe eej jonguh...ha ha ha...😎 En nou moet Rikske gaan autorijden en jij zeker met de pootjes omhoog hè....hs ha ha🤣
    Hey Allebei....doe voorzichtig en tot horens weer
    Groetjed
  2. Toos:
    15 augustus 2018
    Jeetje wat een verhaal zeg en dan die zere poot jammer hoor die had je maar voor thuis moeten bewaren . Maar gelukkig heb je een stoer vrouwtje die vangt dat wel op . Doe voorzichtig en geniet . Ik had je nog foto's gestuurd van onze fietstocht maar jou Ettense telefoon staat zeker niet aan he met al dat gezeik over de bus 😜 Die dag was erg leuk hoor . Tot het volgende verslag van jullie kijk er naar uit . Groet
  3. Aline:
    15 augustus 2018
    Weer erg genoten van het reisverslag!
    Vind Riki het niet eng om te rijden?
    Moet links gebeuren toch?
    Hou het been stijf Miel!!
    Knuffel!
  4. Jose de kanter:
    15 augustus 2018
    Wat n mooi verhaal weer. Miel jij beterschap met t pootje en Riki rij voorzichtig. Veel plezier nog.
  5. Jos en corry:
    15 augustus 2018
    Hey, Avonturiers. of toreadors (hi hi)
    Wat een spannende avonturen weer. Wij hadden gewoon moeten meegaan met jullie. hadden jullie nog een extra driver. Nou gaan we gewoon naar Scotland op avontuur.
    Rustig aan met je pootje Miel. en Riki drive carefull
    Tot horens alweer. enne het zijn prachtige foto's.
    Groetjes met handjes en pootjes.
    Jos en Corry
  6. Adje:
    16 augustus 2018
    beste miel denk goed aan je eigen beterschap met je beemn
  7. Ton en Sylvia:
    18 augustus 2018
    Hoi daar. Wat kunnen jullie verhalen. Heel mooi.