Het begin in Nieuw Zeeland.

6 oktober 2018 - Dunedin, Nieuw-Zeeland

Het heeft even geduurd maar hierna het begin van het vervolg van onze reis en nu in Nieuw Zeeland.

Vanwege de vraag van Guus over de in Australië gereden Km’s het volgende.

In totaal hebben we, inclusief de eerste trip naar Cape York ruim 12.000 km gereden waarvan door ons Riki ongeveer 6.500 km dwars door het midden van het land en het grootste deel van de in het zuiden gereden route. En dat is prima gegaan vanaf het begin tot het einde. Ze kreeg er op het einde zelfs bijna plezier in. Maar ze geniet er ook weer van om als passagier mee te kunnen rijden.

Verder met onze reis. We zijn de komende, bijna 8 weken, in Nieuw Zeeland.

Na een vlucht van 3 ½ uur vanuit Melbourne zijn we midden in de nacht aangekomen in Christchurch bij ons hotel voor de komende twee nachten. Dat is een B&B midden in Christchurch. De eigenaren zijn een stel leuke mensen die laat waren opgebleven om ons te ontvangen. Even wat bijgepraat om elkaar te leren kennen en snel naar bed. Het was al half twee.

’s-Morgens samen ontbeten omdat wij de enige gasten waren voor die nacht. Toen bleek al snel, net als eerder die nacht, dat er nog flinke trauma’s leven in deze stad in de nasleep van de aardbeving(en) eind 2010 en vooral de zwaardere begin 2011. Toen werd zowat de helft van de stad vernield en ook hun B&B. Wij hebben bij ons bezoek in 2014 met eigen ogen gezien wat voor verschrikkelijke vernielingen in de stad waren aangericht. De oude Kathedraal in het centrum van de stad was voor het grootste gedeelte ingestort en stond toen al, op veel plaatsen gestut met stalen balken, rondom in de steigers en bouwhekken. Hun B&B is inmiddels herbouwd maar zodanig en met zoveel discussies en onenigheid met de verzekering dat het inmiddels uitloopt op een rechtszaak om tot een goede genoegdoening te komen. En dat geldt voor heel veel mensen, niet alleen particulieren maar ook voor bedrijven in deze stad.

Na het ontbijt heeft de eigenaresse van het B&B ons een kleine tour door de stad gegeven en ons in het centrum afgezet. De hele stad heeft nu twee opvallende en heel verschillende gezichten.

Een heel groot deel dat volledig uit nieuwbouw bestaat met centraal bijeen gebrachte groepen gebouwen en kantoren voor alle juridische zaken. Een deel met gebouwen voor alle vormen van medische zorgverlening en daarnaast een centrum met meerdere winkelcentra, die eigendom zijn van de verschillende banken hier. Daarnaast een volledig nieuw Gouvernementsgebouw, een heel modern Arts-Centre, een gebouw met op de modernst mogelijke wijze ingerichte filmzalen op de eerste verdieping  met daaronder restaurants en winkels. Het Hoyts-cinema gebouw. En er is een grote bibliotheek gebouwd die in de loop van november geopend gaat worden. Het wordt de grootste en meest moderne bibliotheek van Nieuw Zeeland.

En daar tussenin staan door heel de stad nog vele gebouwen die er nog net zo bij staan als na de aardbevingen, volledig in de steunbalken of gestut met stapels zeecontainers en rondom in de bouwhekken als beveiliging tegen het ongewenst binnenlopen van deze gebouwen die nog steeds met instortingsgevaar te maken hebben.

Dan blijkt ook hier, zoals Johan Cruyff het stelde, dat elk nadeel ook zijn voordeel heeft. De stad is zich geheel aan het vernieuwen op een innovatieve wijze en wordt daarmee weer leefbaar voor de bevolking die in grote aantallen uit de stad vertrokken was. Op deze wijze wordt de stad ook weer interessant voor toeristen die toch een groot deel van de inkomsten voor de stad bepalen.

De oude Kathedraal staat er nog net zo bij als toen wij hier in 2014 waren. Alleen zijn nu al op veel plaatsen tussen de brokstukken en op afgebroken stukken van het gebouw bloemen en planten aan het groeien die de restanten bijna aan het overwoekeren zijn. Er werd ons verteld dat ook hier onenigheid met verzekeringen en de overheid en het ontbreken van fondsen de oorzaak is van het feit dat nog steeds niet aan een reconstructie begonnen is.

En tevens een stad met vele inwoners die nog steeds hun trauma aan het verwerken zijn, zwaar depressief en angstig zijn of zelfs psychiatrische zorg nodig hebben. Mensen zien nog steeds het golven van de wegen, het instorten en vernielen van gebouwen, het door huizen rollen van grote brokken steen, het missen van geliefden die daartussenin om het leven gekomen zijn en de voortdurende angst voor nieuwe schokken. Wij hadden geen idee wat zo’n beving ook aan personen aanricht en nog zoveel jaren later

Wij zijn eerst op stap gegaan voor een nieuw Nieuw-Zeelands telefoonnummer en een bakske koffie in het centrum. Ook zijn we, omdat dat na 10 weken toch wel weer nodig was, bij de kapper geweest. Daarna hebben we verkenning van de stad in de City-tram gedaan waarbij door de machinist(e) van alles werd verteld over wat er zoal in de stad te zien en te bezichtigen was.

En aan het einde van de middag ons tegoed gedaan aan een uitgebreide maaltijd bij Hoyts.

Zaterdag 29-9.

Vanuit het B&B met de taxi naar de Apollo Branch bij het vliegveld.

Daar de camper opgehaald.  Dat duurde langer dan verwacht omdat het daar razend druk was. De voorjaars schoolvakantie van 14 dagen is net begonnen dus veel verhuur. Bij ontvangst eerst goed gecontroleerd of alles er in zat en in orde was. Jammer dat er nog een nieuwe achterlicht unit in moest omdat je daarin goudvissen kon gaan houden. Was kapot en stond vol water. En op enkele plaatsen wat vervelende schadeplekken. Gefotografeerd en laten vastleggen. Dit keer hebben we gelukkig wel dikkere matrassen om op te slapen.

Hierna naar de camping in Woodend Beach gereden. Dat is maar een goede 25 km vanaf de Apollo Branch zodat we bij stukken of problemen niet zover terug hoeven te rijden. Het verleden heeft ons geleerd dat dit soms nodig is. ’s-Avonds bleek jammer genoeg dat de gootsteen niet leegliep en we enkele stuks bestek misten.

Op deze camping voor het eerst in de vrije natuur kuifkwartels gezien. Meerdere paartjes die erg druk waren met eten zoeken en elkaar wegjagen wanneer ze iets gevonden hadden. Een mooi gezicht en hier niet verwacht.

Zondag 30-9-18

De zomertijd is hier ingegaan dus we hebben nu te maken met een groter tijdsverschil. Hier is het nu 11 uur vroeger dan in Nederland.

Eerst terug gegaan naar Apollo voor de gootsteen. Daar bleek dat de vuilwatertank nog vol zat en dat daardoor de gootsteen niet leegliep. Geleegd, het ontbrekende bestek aangevuld en we konden weer verder zonder problemen.

We zijn toen via Kaiapoi en Rangiora naar Methven gereden, een klein plaatsje net ten zuiden van Mount Hutt. En daar hadden we een goede camping. Schone Amenities en een goed uitgeruste campkitchen. De gebouwen met de toiletten en douches voor dames en heren heten hier Amenities.

Onderweg onderaan een afrit naar een rustplek, zo’n 30 meter lager op een rivierbedding van de Waimakariri rivier, zelf voor ons bakske gezorgd. Heerlijk in het zonnetje en bij een temperatuur van net 17⁰.

Daarna onderweg enorm veel schapen en nog veel meer lammetjes gezien. Enkele duizenden. Daaraan is te zien dat het echt voorjaar aan het worden is. De schapenpopulatie moet hier minimaal verdrievoudigd zijn in de laatste maand. De meeste schapen hadden twee lammetjes maar er lopen er een heleboel tussen met drie van die kleine dingen. Op grote afstand leken de weilanden wel vol te staan met witte bloemen of bloemkolen, zoveel schapen stonden daar. De weilanden stonden er vol mee.

Ook hier stonden tussen de weilanden of grote percelen lange rijen hagen van enkele honderden meters lang. Van een soort grove dennen, pine trees en populieren. Alleen dan hagen van zo’n 8 meter hoog, op sommige plaatsen wel 4 tot 5 meter breed en kaarsrecht afgesnoeid aan de bovenzijde. En sommige hagen waren aan de straatzijde bovenaan schuin afgewerkt. Een windstil gevoel wanneer je aan beide zijden van de weg zo’n haag had staan. Ook al was daar veel ruimte tussen en stonden die aan beide zijden van de weg toch zeker 8 tot 10 meter van de zijkant af. Op grote afstand waren ze bijna perfect van gelijke hoogte en dikte alsof ze zo geplant waren. Daar zijn meerdere loonwerkbedrijven het hele jaar door druk mee en dan met hele grote snoeimachines. Later hoorden we dat het Braker Walls genoemd worden omdat ze voor de beschutting van de schapen en het vee de wind breken die hier vrij lang en hard kan waaien.

Ook in het plaatsje Methven een fijne camping gevonden met een beschut plaatsje.

Hiep hiep hoera. Via Whatsapp Video bellen we ons Chantal gefeliciteerd met haar verjaardag. Leuk om ze daar weer even gezien te hebben op de bij hun vroege zondagmorgen. We hebben er een wijntje op gedronken voordat we zijn gaan slapen. En dat slapen gaan wordt stillekens aan weer later dan in Australië. Niet meer rond half negen maar eerder tegen half elf. We zijn alweer langzaam aan ons thuisritme aan het overgaan. Maar wel nog iedere morgens tussen 7 uur en half acht opstaan want voor of rond 10 uur moet je de camping verlaten, tenzij je meerdere overnachtingen geboekt hebt.

Maandag 1 oktober.

Het is mistig en koud wanneer we opstaan, zo’n 4⁰. Toch weer fris om naar de toiletruimte en de douche te gaan. Maar de zon komt al snel door en in de loop van de dag verdwijnt de mist, wordt het zonniger en zo’n graad of 13 / 14.

En we missen het ge-queck van de vele Rose’s, lori’s en andere parkieten die ons ’s-Morgens altijd verwelkomden wanneer we opstonden. Hier geen parkieten maar alleen mussen, vinken en merels. Op dit eiland moeten Kakariki’s voorkomen maar die gaan we mogelijk in het zuiden nog zien net als de Kea’s. We gaan ervoor duimen.

In Rakaia, de zalmhoofdstad van N.Z. hebben we bij het plaatselijke informatiecentrum een bakske gedaan en een grote springende zalm gefotografeerd. Door de binnenlanden zijn we uiteindelijk na wat omzwervingen bij Wakanui Beach terecht gekomen. Aan het water een boterhammetje gegeten en gekeken of we dolfijnen voorbij zagen komen want die passeren hier een paar keer per dag. Niet nu wij er waren jammer genoeg.

Voordat we in Ashburton terecht kwamen eerst nog even bij Hakatere Beach gaan kijken en daar zagen we tot onze verrassing bij de zee een bord staan met daarop een waarschuwing en richtlijnen over wat te doen bij een Tsunami. Die kunnen hier aan de kust aankomen wanneer er bij Chili een aardbeving plaats vindt. Die tsunami komt dan tussen de 12 en 15 uur later hier aan de kust aan land. Er wordt dan – net als bij ons met de maandelijkse sirenes – een luchtalarm gegeven zodat plaatsjes geëvacueerd kunnen worden en de mensen hoger gelegen gebieden kunnen opzoeken.  

’s-Avonds de route voor de komende dagen grofweg uitgestippeld. We nemen hier kleinere stapjes dan in Australië. De afstanden tussen de verschillende plaatsen zijn hier dan ook minder groot.

Dinsdag 2 oktober.

Ons reisdoel voor vandaag is Timaru aan de Oostkust. Via Rangitata en Orari Bridge in Geraldine een korte pauze ingelast. In al deze plaatsjes zie je dat Nieuw Zeeland erg teert op de toeristen industrie. Overal wordt met veelkleurige borden verwezen naar lokale attracties, de een nog mooier voorgesteld dan de ander. En erg veel nieuwe woningen in de heuvels tegen die plaatsjes aan. Daarna via Winchester en Temuka verder gegaan. Wie de films van de Lord of the Rings gezien heeft zal er zich iets bij kunnen voorstellen wanneer ik het thuisland van de Hobbits noem. Terwijl we deze streek doorrijden is het net of we door die streek in de film rijden. Prachtige korte en intiem aandoende, maar diep glooiende groene dalen met bochtige wegen waarbij we vaak op korte afstand toch flinke hoogteverschillen mee maken. En die heuvels en dalen hebben de grootst mogelijke variatie aan kleuren groen. Van diep donker groen bij de bomen die in de schaduw staan tot heel lichtgroen waar het jonge blad aan het ontluiken is en schuchter opkomend oranje geel op de soort van brem struiken. Met daartussenin glooiende vlakken met groene weiden en witte plukjes schapen erop. Toch elke keer weer een heel ander zicht.

Omdat we al vroeg op de camping waren zijn we nog even de stad Timaru ingegaan en zijn langs de baai gewandeld. Bij het stadspark zagen we een boom staan met in de stam een natuurlijk gevormd gezicht. Bekijk zelf de foto maar eens of jullie dat ook zien.

Ook heeft deze stad een erg groot Leisure park. Een stadspark met allerlei voorzieningen. Een zwembad voor de allerkleinsten, een minigolfbaan, een enorm groot skate park, een speeltuin met allerlei voorzieningen, een grote overdekte vrije vlucht volière en erg grote ligweiden om op te spelen of te ontspannen. En dat met ruim voldoende parkeergelegenheid. En vrij en gratis toegankelijk voor iedereen.

Woensdag 3 oktober.

Ook vanuit Timaru zijn we het eerste stuk van onze route vandaag binnendoor gaan rijden tot aan Cave. Wanneer we in Cave stoppen bij een plaatselijke kruidenier annex bakery dan treffen we, wanneer we zeggen waar we vandaan komen, een gezellige vrouw die vanuit Nederland begin jaren 80 in Nieuw Zeeland is gaan wonen. Zij is wild enthousiast dat ze in dat kleine gat Nederlanders tegenkomt. We werden meteen getrakteerd op koffie en ruim een uur later konden we na over van alles en nog wat gebabbeld te hebben afscheid nemen en verder gaan richting Fairlie.    

Vanuit Cave is de weg de bergen in namelijk een soort van autoweg waar geen zijwegen aan liggen. Alleen korte stukjes weg naar boerenbedrijven of lokale gehuchtjes die doodlopen tegen de bergen. En dat soort wegen proberen we waar mogelijk te mijden. Maar wanneer je zoals nu langs  de bergen af en een stuk er in wilt rijden dan moet je over die wegen, anders kom je niet waar je naartoe wilt.

We moeten hier, om niet al te vervelend te zijn voor het andere verkeer dat meestal 100 km per uur mag rijden, net iets rond de 80 tot 85 km per uur rijden. En dan kunnen we nog een beetje van de omgeving genieten. Terwijl we normaliter op de binnenwegen ergens tussen de 65 en 70 km/u rijden. En dan treffen we ook hier weer een prachtig landschap met aan de ene kant zicht op de streek richting de oceaan aan de oostzijde en aan de westzijde de erg dominante aanwezige grote bergrug. Op een hogere heuvel net voordat we bij Cave kwamen zagen we ook werkelijk aan de ene kant de Oceaan in de verte en rechts de heuvels met daarachter de bergen. Prachtige bergen met veel besneeuwde toppen en bruine tot licht groen kleurende flanken. Deze bergrug in het westen heeft meerdere gletsjers en gaat van het uiterste noorden naar het diepe zuiden waar het eindigt in sounds ofwel fjorden. Hij is nagenoeg net zo lang als het hele zuidereiland dat in totaal ongeveer 800 km lang is en 300 km breed op z’n breedste punt.

We gaan vanuit rijk begroeide dalen en heuvels steeds verder de bergen in waarbij we ook steeds minder begroeiing tegen komen. Vanaf Fairlie tot aan Lake Tekapo alleen maar kale vlaktes in de lange valleien die vol staan met pollen lichtbruin beemdgras. Bij Lake Tekapo en het gelijknamige plaatsje een korte pauze ingelast en foto’s genomen over het meer met op de achtergrond Mount Cook, de hoogste berg van Nieuw Zeeland met een hoogte van 3724 meter erg aansprekend aan het einde van dat 27 km lange  en 6 km brede meer.

In Omarama konden we terecht op de plaatselijke camping die naar hier geldende normen goed was toegerust. De campings hier verschillen erg veel van die in Australië. Hier zijn ze veel soberder ingericht maar met voldoende was- en plasgelegenheid. Die in Australië zijn, vergeleken met hier, met enorme luxe toilet- en douche gebouwen uitgerust. Maar zoals gezegd. Het is ook hier goed toeven op de meeste campings. En dat doen we dan ook met graagte in ons campertje.

Donderdag 4 oktober.

Bij het wegrijden vanuit Omarama zagen we net buiten de stad een oplichtend bord staan waarop stond aangegeven dat de Lindis Pass, zo’n 40 km verderop, was afgesloten voor het weghalen van een verongelukt voertuig tussen 9 en 11 uur.  En die pas moesten wij gaan rijden dus maar even terug gegaan naar een plaatselijke restaurant en wat vroeger dan gebruikelijk ons bakske koffie gedronken.

We zijn tegen kwart voor elf weer gaan rijden en zagen al snel dat ons helemaal geen verkeer tegemoet kwam. En de achter ons aankomende voertuigen hebben we op ons gemak de ruimte gegeven om ons te passeren, omdat wij de verwachting hadden dat we ze later wel weer tegen zouden komen aan het einde van de file bij de afsluiting.  En dat klopte ook wel. Eerst bij een tijdelijke afsluiting voor wegwerkzaamheden waar afbrokkelende delen van de bergwand met grote machines werden verwijderd. En later, toen we eindelijk weer tegenliggers – in een aaneengesloten file – tegen kwamen, stonden de laatsten die ons gepasseerd waren nog stil bij het opruimen van een van de weg gereden vrachtauto waarvan alleen de in elkaar gedeukte cabine nog langs de weg tussen de bomen stond. Iets verderop stonden zijn aanhangwagens al op een vluchtstrook langs de weg geparkeerd en kon het verkeer er tijdelijk weer langs rijden. We hadden dus goed getimed.  Tussen Tarras en Cromwell zagen we ook hier uitgestrekte wijngaarden met de daarbij horende uitnodigende borden om te komen proeven en wijn te kopen. Bij Lake Dunstan hebben we langs het meer onze bammetjes genuttigd. Lake Dunstan is een meer met een oppervlakte van 26 km². Het is een kunstmatig aangelegd meer dat is ontstaan toen eind jaren 80 bij het plaatsje Clyde een stuw gebouwd werd om energie te kunnen opwekken voor de hele regio. En dat meer vulde zich in iets meer dan een jaar tijd vanuit de Cluth River tot de oppervlakte en inhoud die het nu heeft.

Verderop bij de stuwdam in Clyde gezien hoe dat water uit het stuwmeer langs vier erg grote pijpen naar beneden geleid wordt om de turbines aan te drijven voor het opwekken van de elektriciteit.

We zijn daarna doorgereden naar de plaats Alexandra om een camping te zoeken. De enige die we daar vonden viel enorm tegen. Erg vol met caravans die op een of twee meter van elkaar af stonden zonder enige mogelijkheid tot privacy. We hebben daar toen maar niet voor gekozen en zijn terug gereden naar Clyde waar we op een sportpark enkele caravans hadden zien staan. Dat bleek inderdaad een plaats waar we konden overnachten. De toiletten, douches en kampkeuken waren ondergebracht in de verblijfsruimten voor de lokale rugbyclub maar werden nu alleen benut door de enkele campinggasten. De randen van het terrein werden als stallingsplaats gebruikt voor caravans. En enkele bewoonde caravans stonden vlak bij de ingang waar wij ook een plekje konden zoeken. Volgens ons waren wij met nog twee andere personen de enigen die daar overnacht hebben.

Vrijdag  5 oktober.

Een rustige, bijna stille route gereden. Via Alexandra niet rechtstreeks naar het zuidoosten naar Dunedin maar we zijn eerst een stukje terug naar het noorden gereden en via Ranfurly richting Palmerston aan de oostkust gegaan. Een prachtig en stil stuk weg waar we slechts een stuk of vier andere campers tegen kwamen. Prachtige natuur met smalle en erg brede dalen en valleien waar hier op veel plaatsen de door ons zo genoemde bremstruiken al volop in bloei stonden met hun oranje gele bloemen. Maar dan ook alleen nog maar tegen de zuidflanken van de heuvels. Volgens de mevrouw uit Cave zijn dat echter geen bremstruiken maar struiken die door de Engelsen tijdens de koloniale tijd hiernaartoe geïmporteerd zijn. En waar vooral de boeren een enorme hekel aan hebben omdat het een onkruid is dat nagenoeg niet weg te krijgen is. Net zoiets als bij ons de brandnetels. Ook hier kwamen we langs weiden met een enkele alpaca’s en sommigen tussen de schapen. Kennelijk werken die hier als waarschuwing voor de schapen wanneer er vossen op de lammeren af komen. Een leuk gezicht die “langnek” schapen, zoals wij ze inmiddels noemen, tussen de gewone schapen.  Vanuit Palmerston zijn we, voordat we het laatste stuk naar Dunedin gaan rijden, nog een 20 km langs de kust naar het noorden gereden naar Moeraki waar we de Moeraki Boulders bekeken hebben. Dat zijn grote ronde logge stenen met een omtrek van wel 4 meter in de vorm van wel erg grote knikkers die hier tijdens het afkalven van de duinen onder die duinen vandaan gekomen zijn. Het zijn natuurlijk gevormde bollen die zo’n 60 miljoen jaren gelden ontstaan zijn op de zeebodem toen kalkzouten zich geleidelijk ophoopten rond een harde kern.

Hierna de camping opgezocht in Dunedin. Een stad waar we de vorige keer terloops in geweest zijn. Maar die nu toch een vrij grote stad blijkt en op een heuvelrug gebouwd is. Dat is te merken aan de straten in de wijk Kaikorai waar we nu zitten. Ze zijn nergens vlak maar overal en altijd hellend.  De camping veraste ons omdat we binnenreden langs de ingang van een luxe hotel maar waar in hun “achtertuin” meerdere cabins en kampeerplaatsen waren ingericht.

Zaterdag 6 oktober.

We zijn voorzichtig de stad ingegaan om ook nog enkele nieuwe kopjes aan te schaffen die verongelukt zijn toen we plots een vrij hoge “overstekende” trottoirband tegen kwamen. Nou ja, klein foutje mag een enkele keer. In de stad na het boodschappen doen geprobeerd om in de buurt van de botanische tuinen te komen. Maar die heuvels hier deden mij de nek om. En dat was nog niet eerder gebeurd, ook niet onderweg. We moesten een straat linksaf nemen en toen zat er een auto kort achter ons dus ik moest doorrijden. Meteen toen we de hoek om reden stonden we aan het begin van een wel erg steile weg die op een afstand van iets meer dan 100 meter zeker 25 meter omhoog ging. Enorm steil dus maar de auto redde dat wel. Maar onze bagage niet. Dat lag vooral aan de snelheid waarmee we ineens omhoog gingen en het feit dat de bagage die versnelling niet kon hebben. Die kwam met donderend geweld uit de bergruimte boven ons hoofd geschoven en viel zo achterin op de grond. Alles stond op z’n kop. We werden daar niet gelukkig van en konden eerst de boel aan kant maken toen we een vlak stuk weg gevonden hadden. De animo om nog verder te gaan zoeken was meteen over en we zijn, ik met een stugge kop, terug naar de camping gereden. Jammer,  maar voor mij hoefden we de stad niet meer in. Morgen nog wel een stukje door de stad naar de kust om naar onze volgende bestemming te gaan.  

Goed. Dat hadden we ook weer meegemaakt. Alweer een heel verhaal maar dit is dan ook van een hele week. Volgende keer zijn we weer iets eerder en dan mogelijk vanaf de Westkust aan de andere kant van de bergen. Tot dan.

Foto’s

4 Reacties

  1. Toos:
    6 oktober 2018
    Ik dacht al dat jullie in winterslaap lagen ,maar gelukkig weer een mooi reisverhaal en prachtige foto 's ga zo door ik geniet er van
  2. Anneke Setiowaty:
    6 oktober 2018
    Lieve Miel en Riki, mooie foto's (het gezicht op die boom is duidelijk te zien!) en leuke reisverhaal. Minder bonte vogels, maar nu meer alpaca's te zien. Ik kiijk uit naar jullie vervolg reisverhaal, herfstgroetjes, Anneke
  3. Jos en corry:
    7 oktober 2018
    Oh! wat een prachtige foto's. Het is wel triest voor de bewoners van Christchurch dat er een rechtzaak moet komen om schadevergoeding te krijgen.

    Wij komen net terug uit Schotland. Regen, regen en nog eens regen maar we hebben ons niet verveeld hoor.
    Door hebben ze ook veel Schapen. en ze kuieren op hun gemak over de weg.

    Voor het eerst Haggis gegeten, BAH!

    En geen steile wegen meer nemen hoor. We lezen wel dar dat geen goed idee is.

    Geniet nog van jullie avonturen het is zo weer voorbij
    Jos en Corry
  4. Marie-Louise:
    7 oktober 2018
    Hoi Reizigers

    Wat een boeiend verslag weer met prachtige foto's 😎
    Leuk "smoeltje" heeft die boom...🤣
    Een heel ander landschap daar.....prachtig met die besneeuwde bergen.
    Kan me voorstellen dat na het 'bagage avontuur' de zin om de stad verder te bekijken danig en definitief was bekoeld.
    Ben heel benieuwd naar weer de volgende fase in jullie reis.
    Veilige reis verder en groetjes weer.....en o ja...nog proficiat met de dochter.
    Marie-louise